Zowel in de Franse Pyreneeën in 2004 als in de Dordrechtse Biesbosch in 2005 werd ik gevraagd om een werk te maken over de auditieve perceptie van oneindigheid. Concreet betekende dit: de hoorbare horizon, hoe bereik je dat ?! Een heuvelachtig gebied vraagt om een andere oplossing dan een plek waar je de horizon rondom kunt zien. Tegelijkertijd zocht ik naar mogelijkheden om diepgaande natuurbeleving op te doen, wat wonderwel werkt met je ogen dicht.
2004 – Montségur, Zuid-Frankrijk; dicht bos tegen de bergheuvel, de zon schijnt ‘s ochtends alleen aarzelend door de bomen, over het pad een oude slagboom. De installatie bestaat uit twee stukken Franse dakgoot, waarin 48 microfoons zijn gemonteerd; 24 gericht op het noorden en 24 op het zuiden. Door gelijke aanpassing van de amplitude en de exacte afstand tussen de microfoons, versterkten ze geluiden zodat je zo ver mogelijk kon horen (l’Infini in het Frans), zoals het gebrul van de donder aan de andere kant van de berg. Het kan de bezoeker het gevoel geven dat hij aan de rand van een onbepaalde (verboden?) ruimte staat, die je niet kunt zien, alleen horen.